Potlood of diamant?

Nicolaas werkt sinds een jaar binnen een grote onderwijsinstelling, hij geeft leiding aan een groep docenten. Het had hem van te voren heel leuk geleken, maar hij loopt nogal vast en komt bij mij voor supervisie.


Nicolaas omschrijft zichzelf als een nuchtere man, hij houdt van ‘afspraak is afspraak’ en hij kan helder en onomwonden vertellen wat er moet gebeuren. De plannen van de directie vertaalt hij moeiteloos in werkopdrachten, want ja, ook docenten moeten nu eenmaal mee in veranderingen van deze tijd. Nicolaas begrijpt niet goed waarom er niet naar hem geluisterd wordt: docenten geven weerstand, ze zeggen ‘ja’ en doen ‘nee’ en doen vooral gewoon hun eigen gang!


Tja, ik herken het goed, professionals hebben een vak geleerd, die bepalen graag zelf, net als psychologen overigens. Ik besluit om Nicolaas iets te vertellen over het gedachtengoed van Prof. Christakes en vraag hem of hij het verschil weet tussen een potlood en een diamant. Ook wil ik weten of hij liever in een potloodorganisatie zou willen werken of in een diamant-organisatie. Hij kijkt me glazig aan, hetgeen ik even nodig had om hem stil te zetten.


Potloden en diamanten verschillen nogal in sterkte en vooral in waarde. Maar, ze bestaan uit precies dezelfde koolstofatomen. Het enige verschil tussen potlood en diamant is de manier waarop die atomen onderling zijn verbonden, de manier waarop zij contact hebben. De koolstofatomen in een potlood zijn vooral met hun eigen laag verbonden en nauwelijks met andere koolstofatomen in boven- en onderliggende lagen. Het is een broos geheel. Bij een diamant zijn juist alle lagen met elkaar verbonden en dat maakt het geheel super sterk. Vergelijken we een organisatie hiermee, dan zijn de koolstofatomen dus de mensen, in alle organisaties werken mensen. In een diamant-organisatie communiceren mensen even makkelijk tussen lagen als in de eigen laag van de organisatie. Een potloodorganisatie werkt hiërarchisch, orders komen van boven en de werkvloer voert uit. De onderste in rang zal nooit koffie drinken met de directeur. Er gaat veel informatie in de lijn verloren (zowel naar boven als naar onderen) en de afstand tussen de lagen zorgt voor vermijding van belangrijke thema’s waardoor de veiligheid afneemt. Wanneer je potloodgedrag in een organisatie met allemaal professionals brengt, dan krijg je sowieso heisa, want die willen en kunnen zelf nadenken en zelf creëren, die willen geen werkorders.


Zo had Nicolaas er nog nooit over nagedacht, deze metafoor is voor hem kraakhelder en super simpel: “Dus eigenlijk moet ik de docenten beluisteren, ze van belang maken en horen wat zij nodig hebben”. Ja precies, je zet samen met hen koers en die koers moet natuurlijk wel bij de school passen. En docenten hebben ook zelf corvee. Je neemt het niet van ze over, je geeft ook geen orders, je faciliteert hen in een mooi plan. Het effect is dat iedereen zich van waarde voelt en meer gaat stralen, net als een…

Geschreven door

Irma van Steijn