Levensvaardigheden

Negentienjarige Pleun vertelt me dat ze zich depressief voelt, ze kan zichzelf niet goed ‘aan krijgen’ om te studeren of mensen te ontmoeten. Opstaan om naar college te gaan lukt niet en ze heeft gehoord dat depressieve mensen moeite hebben met het starten van de dag. Ze herkent zichzelf in het onlangs gepubliceerde onderzoek, waaruit blijkt dat met name meisjes kampen met psychische klachten. 

Pleun vindt haar studie niet leuk, het is niet wat ze ervan verwacht had. De stof is ontzettend saai en ze voelt zich geen deel van de groep. Wel heeft ze nog contact met een groepje van de middelbare school, daarmee chat en gamed ze dagelijks. Bij hen voelt ze zich vertrouwd, ook al zit ze dan alleen op haar studentenkamer. Haar sociale wereld speelt zich voornamelijk digitaal af. Zo besteedt ze veel tijd aan ‘Minecraft’, een online game waarin ze met anderen een virtuele parallelle wereld bouwt, een soort lego in de virtuele wereld. Pleun heeft in de gewone wereld geen idee wat ze wil worden en weet ook niet wat ze kan. Ze wil het vooral leuk hebben en dat lijkt maar niet te lukken. Door haar online activiteiten slaapt ze vaak niet voor 02 uur ’s nachts. 

Ze kijkt me aan met een verwachting waarbij ik onder mijn stoel een toverstaf te voorschijn zal halen en hiermee haar levensgeluk zal simsalabimsen. Ik moet schakelen om te voorkomen dat ik niet in een preekstand terecht kom waarin ik haar wil vertellen dat het leven helemaal niet altijd leuk is en dat een mens sterker en veerkrachtiger wordt van hobbels op het pad, dat je die moet aangaan. Dat het logisch is dat het moeite kost om nieuwe contacten te maken in een nieuwe stad en dat ze haar bed niet kan uitkomen omdat ze te laat gaat slapen. 

Ik besef op tijd dat deze jonge vrouw zich door mijn preek niet gehoord zal voelen en wellicht zelfs niet meer zal komen. En haar aan haar lot overlaten zou oneigenlijk zijn, want ook al worstel ik met haar opstelling, je kunt het haar ook niet aanrekenen. Alles speelde zich de afgelopen jaren ook noodgedwongen digitaal af. Hoezo oefenen met hobbels in de echte wereld, hoe dan? 

Ik besluit haar over te dragen naar een jongere collega waar ze zich meer mee kan identificeren. Die zal sturen op dezelfde thema’s als ik, maar op een manier die veel beter aansluit. Eigenlijk gaat het natuurlijk over levensvaardigheden.

Het leven van jongeren is behoorlijk veranderd, helemaal vergeleken met mijn eigen jeugd. En ik kan wel vinden dat Pleun van alles moet doen om een betekenisvol leven te leiden, maar misschien is het wel zo dat mijn eigen levensvaardigheden te kort schieten om goed bij die van haar te komen. Ik heb dus zelf wat te doen. Mijn collega vertelde enthousiast dat je in Minecraft ook in ‘Game-World-Therapie’ kunt. Oh nee toch!

Geschreven door

Irma van Steijn